Ingredienten:
Voor het deeg:
115 g koude boter in blokjes
150 g bloem
75 g basterdsuiker
Schil van l citroen
1 klein ei
1 geklopt ei, verdund met wat water

Voor de vulling:
100 g suiker
1 tl kaneelpoeder
2 el paneermeel of beschuitkruimels
6 grote appels, goudreinette, geschild, in blokjes
Eventueel: 60 g rozijnen

Bereidingswijze:
Doe de boter, bloem, basterdsuiker en citroenschil in een kom en kneed het met de hand of met een mixer met deeghaken tot een gelijkmatig deeg.
Houd een derde van het deeg apart en bewaar dit voor de bovenkant van de taart.
Vet de taartvorm in.
Rol de rest van het deeg uit op een met bloem bestoven werkblad tot een ronde lap die 5-7 cm langer is dan de taartvorm en de dikte heeft van een munt.
Til het deeg op met een spatel of pannenkoekmes en laat het voorzichtig zakken in de taartvorm.
Duw het deeg stevig tegen de bodem en zijkanten van de vorm; zorg dat er geen luchtbubbels ontstaan.
Zet de taartvorm een paar minuten in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 160 ºC.
Mix de appel, suiker, kaneel en het paneermeel in een schaal of kom.
Voeg eventueel de rozijnen toe.
Doe de vulling in de taartvorm.
Rol het resterende deeg uit tot het de dikte heeft van een munt.
Snijd er reepjes van en leg die in een ruitmotief op de taart.
Besmeer de taart met het geklopt ei en bak hem in de oven in 45-55 minuten tot de appels zacht zijn en
de taart goudbruin.