Leden krijgen toegang tot extra informatie. Leden kunnen ook deelnemen aan het Forum Totaal hits:
Hieronder kunt u inloggen met een Gebruikersnaam en Wachtwoord of een account aanmaken. Aantal bezoekers
 
Bescherming

Afrasteringpalen

Boomkorf

Boomspiegel

Groeit uit zijn jasje

Lijmbanden

Strandballen

Vogelafweersysteem

Vogelnetten

Vogelverschrikker

Vorstschade

Wondbehandeling

Afrasteringpalen
Begin 2016 werden de meeste boomkorven vervangen door kunststof afrasteringpalen voor verplaatsbare afrasteringen en voorzien van de reeds bestaande ingegraven schrikdraad.
Doordat de stam van de meeste hoogstamfruitbomen dik genoeg zijn geworden zijn de korven niet meer nodig maar bescherming van de stam is wel noodzakelijk ivm. de aanwezigheid van schapen die het gras kort houden en de boomgaard van extra bemesting voorziet.

Toegepaste afrasteringpalen van het merk AKO TITAN Kunststof paal GROEN Productnummer:4418002. Gegevens:
- titan-paal met een innovatieve honingraatstructuur zorgt voor een extreme stabiliteit en gelijktijdig voor flexibiliteit
- nagenoeg onbreekbaar,
- uiterst taai en hoogwaardig kunststof,
- geschikt ook bij lage temperaturen,
- voor alle gangbare linten, draden en koorden,
- met metalen bodempen,
- lengte: 110 cm inclusief stalen pen van 18cm, 5x draad/koord en 3x lint.

Verkrijgbaar bij de welkoop in Haaksbergen.


Boomkorf
Als de boomgaard beweid gaat worden is het noodzakelijk de bomen te beschermen tegen vraat, schuren etc. Niet alleen vee veroorzaakt schade, ook muizen, konijnen of hazen doen dat. Vooral in winters met een dik pak sneeuwdek zijn jonge fruitbomen een geliefd hapje voor deze dieren. Veel schade aan onbeschermde bomen wordt toegebracht door schapen, geiten, paarden en pony’s. Koeien brengen minder schade aan de stam toe, zij eten voornamelijk van de laag hangende takken. Door deze vraat zorgen zij voor de typische geschoren onderkant van de boom. Doeltreffende bescherming is de boomkorf. Alleen gaas rond de boom wikkelen is beslist onvoldoende en ongewenst. Naarmate de bomen ouder en dikker worden zal het gaas zich in de stam insnijden. De boomkorf dient voldoende hoog te zijn met een minimale hoogte van 1,8m en op redelijke afstand van de boom.

Om het krabben en schuren, van kleinvee, tegen de boomkorven te voorkomen werd er om elke boomkorf een schrikdraad aangebracht. Hiervoor is zelf een constructie bedacht om de isolatoren op de juiste afstand te kunnen houden. Zie onderstaande foto’s. De constructie werkt perfect. De toevoer van de schrikdraad is ingegraven zodat er geen hinderlijke en vervelende schrikdraden door de lucht zweven.

Controleer periodiek of de boom bij stevige wind niet beschadigd wordt doordat hij tegen de boomkorf schuurt. Vooral nadat de boomband is verwijdert. Een boomband zorgt ervoor dat de boom met de steunpaal wordt bevestigd.

Zorg ook periodiek voor het vrijhouden van de boomspiegel zodat het onkruid niet de overhand krijgt. Verschillende ziektes kunnen dan de kans krijgen om zich te verspreiden.

Meer informatie over bescherming met boomkorven kunt u hier vinden. Ook kunt u veel informatie vinden in de brochureveebescherming van de boomgaardenstichting.


Boomspiegel
Een boomspiegel is het stuk grond rondom de stam van de fruitboom, dat je vrij houdt van begroeiing. Hierdoor blijft de bodem van boven toegankelijk voor lucht en water. Houd voor de grootte van de boomspiegel een cirkel aan van circa een meter rond de boom. Doe dit de eerste 2 a 3 jaren, zodat de kruin flink kan groeien en de jonge boom zich tegen de groene concurrenten kan verzetten.Na 3 jaar heeft de fruitboom voldoende wortels en heeft een boomspiegel geen effect meer.

Steek de cirkel, rond maart - april, uit tot op het zwarte zand maar pas op dat je de wortels niet raakt. Verwijder de uitgestoken grasplaggen voor een goede afwatering. Houd de boomspiegel tijdens de bloeiperiode, tot juli, vrij van onkruid, om schade door nachtvorst aan de bloesems te voorkomen. Het schoffelen van de spiegel kun je het beste uitvoeren bij droog en zonnig weer. Na de bloeiperiode kun je de boomspiegel laten groeien met bodembedekkers die ondiep wortelen. Zo voorkom je het uitspoelen van voedingsstoffen. Verwijder deze begroeiing weer voor de volgende bloeiperiode. Je kunt de boomspiegel van maart tot juli ook vrijhouden van begroeiing door het afdekking van de spiegel met mulch of compost over het onkruid en gras heen.

De voordelen van een boomspiegel zijn:

  • Jonge bomen zijn kwetsbaar, ze hebben moeite om het van onkruid en gras te winnen. Gras kan namelijk diep wortelen en daarmee de jonge boom stevig beconcurreren in de strijd om voldoende voedingsstoffen en lucht,
  • Door de boomspiegel vrij te houden maak je de grond rondom de stam luchtiger,
  • De boomspiegel zorgt ervoor dat de stam beter opdroogt wat het risico op vruchtboomkanker vermindert,
  • Gras kan met een boomspiegel geen voedingsstoffen wegnemen,
  • Bodeminsecten kunnen met een boomspiegel moeilijker bij de boom komen.

Vooral in de winter zijn natte voeten schadelijk voor fruitgewassen. Gebrekkige afwatering is waarschijnlijk de belangrijkste oorzaak van tal van chronische problemen. Wortels die langere tijd onder water staan sterven af. De meest actieve en oppervlakkige wortels vind je aan de buitenrand van de boomspiegel. Dit is de omtrek van de kroon, maar dan op de grond geprojecteerd. In dit gebied mogen nooit plassen blijven staan.

Groeit uit zijn jasje
Bomen worden elk jaar dikker. De bast groeit mee, maar de schors niet. Door het dikker worden wordt het schorslaagje te nauw waardoor dit gaat scheuren of begint te schilferen De stam groeit als het ware uit zijn jasje. Het schilferen is soms goed te zien. De oude schors schilfert in grillig gevormde schorsplaatjes los van de stam. Eronder zit de nieuwe, vaak anders gekleurde schors.

Lijmbanden
Maak de boomstam onderaan goed schoon met een harde (stalen) borstel en wrijf alle loszittende schorsdeeltjes weg. De plaats waar een lijmband komt dient goed schoon te zijn. Maak vervolgens op de boomstam een lijmband vast. Door begin oktober lijmbanden rond de stam aan te brengen kan men vele vrouwelijke wintervlinders opruimen. Einde januari kunnen de lijmbanden verwijderd en verbrand worden. De lijmbanden worden op een hoogte van 1-1,5 meter boven de grond aangebracht (halfstam en hoogstam) en moeten minimaal 20-25 cm breed zijn.
Wij maken geen gebruik van lijmbanden doordat ze niet selectief zijn. Vaak vind je ook andere nuttigen insecten op de lijmband..

Een ander methode is het aanbrengen van Rupsenlijm tegen de wintervlinder.
Onderzoek toonde aan dat door de groene kleur praktisch geen nuttige insecten gevangen worden. De lijm werkt op omhoog kruipende insecten. Nuttige die erop landen komen weer vrij. Het is geen hechtlijm waarop (nuttige ) insecten of bladeren blijven plakken.  Aldus kunnen geen overbruggingen ontstaan. De lijm lost niet op in water. Regen wast het dus niet af. De lijm tast ook de bast niet aan.
Maak de plek waar de lijm op aangebracht eerst goed schoon en verwijder losse schorsdelen. Vervolgens breng je de rupsenlijm in een ca. 20 cm brede ring en zo’n 2 mm dik helemaal rond de stam aan. Ook rond steunpalen die anders een brug kunnen vormen. Aldus gebruikt men ongeveer 450 g/m². Optimaal aanwendingstijdstip : oktober. Er zijn potten van 1 kg en 5 kg verkrijgbaar bij de Welkoop van het merk Luxan.
Bij lage temperaturen de lijm in een warmwaterbad opwarmen tot 20-30°. Je kan de pot ook een nacht bij de verwarming zetten.  Hierdoor vergemakkelijkt het uitstrijken ook op ruwe bast.   
Bij sterke aantastingdruk maakt men de stroken 20 tot 25 cm breed. Men kan ook 2 lijmstroken van telkens 10 cm breed aanbrengen
In het voorjaar nacontroleren. De wijfjes van de kleine wintervlinder kunnen als ze niet over de hindernis geraken hun eieren afzetten beneden de lijmband.

Strandballen
Opblaasbare strandballen worden opgehangen in fruitbomen en blijken een efficiënte manieren om merels, spreeuwen en bosduiven uit de kersenbomen te houden. Hang half mei de strandballen een meter boven de bomen met rijpend fruit. Gebruik zonweerkaatsende strandballen met verschillende kleuren en met cirkels die op ogen lijken. Hierdoor denken de vogels dat er vijanden boven in de buurt zijn. En dat schrikt hen af. De resultaten zijn verschillend. In 2010 was de bescherming zeer effectief en werd er nauwelijks vraat geconstateerd door vogels. Daar in tegen werd in 2011 minder bescherming geboden tegen vogelvraat. Of dit te maken heeft gehad met de zeer droge Lente weet ik niet maar het leek erop dat de vogels uitgehongerd waren waardoor ze zich niet lieten tegenhouden door de strandballen.

Vogelafweersysteem
Angstkreten zijn toegestaan om vogels, waaronder spreeuwen, te weren als deze vogels schade geven aan fruit. Vogels raken gewend aan onnatuurlijke, harde geluiden omdat deze geen bedreiging vormen en geluiden van roofvogels werken ook niet om spreeuwen te verjagen. Angstkreten van de spreeuw zelf werken wel, en er komt ook geen gewenning.

Het kastje van Scarecrow (one-shot) werkt hiermee. Scarecrow compact systeem is een effectieve manier om schadelijke vogels te weren. Het werkt op basis van angstkreten. Door de angstkreten van hun soortgenoten worden vogels gealarmeerd, maar zij kunnen de ‘in nood verkerende’ soortgenoot niet identificeren. Deze onzekerheid zorgt er vervolgens voor dat de vogels het gebied als onveilig gaan beschouwen en op zoek gaan naar een ander verblijfgebied. Iedere vogel reageert uitsluitend op kreten van de eigen soort. Doordat gebruik gemaakt wordt van natuurgetrouwe angstgeluiden en dat de kreten op een natuurlijk geluidsniveau verspreid worden is het systeem voor omwonenden minder storend dan bijvoorbeeld het gas- knalkanon.

Een andere kastje is die van De Bird Gard Random PRO. Dit is het een handig apparaat dat je zelf makkelijk kunt programmeren met acht voorgeprogrammeerde echte vogelkreten. Speciaal voor Nederland ontwikkelde varianten waarbij bij elke variant 2 roofvogelkreten geprogrammeerd zijn. De eerste variant heeft de angstkreten: Spreeuw, Merel, Lijster, Huismus, Roek, Kauw en Ekster, met de lokroep van de roofvogels: Blauwe Kiekendief en Slechtvalk. De tweede variant heeft de angstkreten: Spreeuw, Merel, Lijster, Huismus, Roek, Kauw en Ekster, met de lokroep van de roofvogels Sperwer en Buizerd. Deze roofvogels zijn ook gevreesd bij konijnen en hazen. De roep van roofvogels trekt tevens die roofvogels aan. Door om de drie vier dagen de vogelkreten te verwisselen bereikt men een beter effect. De Bird Gard Random PRO beschermt een gebied tot 8000m².

Alcetsound heeft een systeem bedacht om de verschillende geluiden om vogels te verdrijven op een makkelijke manier af te wisselen. Met behulp van een digitale klok is een weekprogramma te maken waarbij de negen verschillende afweergeluiden worden afgewisseld. Dit is een voordeel om gewenning bij vogels nog beter te kunnen voorkomen.

Zelf pas ik deze methode nog niet toe.

Vogelnetten
Vogelnetten verhinderen dat vogels schade berokkenen aan het fruit. De enge mazen beletten de doorgang van vogels, maar verhinderen niet dat het zonlicht doordringt. Ze zijn geschikt voor langdurig en veelvuldig gebruik. Ze zijn zeer licht, waardoor je ze aan dunne paaltjes kunt ophangen of los over bomen gelegd kunnen worden.

Het zijn blauw netten doordat de kleur blauw vogels het beste weren. De maaswijdte is 25x25mm en net omvang is 10 x 12 m. Daarnaast zijn de vogelnetten waterafstotend en UV bestendig. Voor het snel bouwen van een steunconstructie voor de vogelnetten maak ik gebruik van zogenaamde rubberen blauwe bouwbollen. Diameter 6cm, met 6 gaten (1x15mm en 5x12mm). Verkrijgbaar bij DeWildfang.

De vogelneten worden toegepast voor de vrucht bescherming tegen vogelvraat van hoofdzakelijk kersen en pruimen. De netten over de kersenbomen worden aangebracht zodra de eerste beginnen te kleuren. Voor bescherming tegen de fruitvlieg kun je netten nemen met een maaswijdte van 1.3 mm. Voor een fruithaag is een net grote van 4 x 2.5m voldoende. Deze kan als een zak dichtgenaaid worden.

De netten worden na de pluk van de kers toegepast voor bescherming van diverse appel en peren soorten tegen vogelvraat. Dit was met name noodzakelijk in het jaar 2011 en 2013.

Vogelverschrikker
De Hawk Eyes zijn vogelverschrikkers die alle ongewenste vogels verjagen.
Het zijn stille vogelverschrikkers welke eenvoudig op alle locaties zijn te plaatsen. Dit type vogelverschrikker kent geen onderhoud, zijn weerbestendig, draait door de wind (getest tot windkracht 8), hebben verschillende
natuurlijke vogelafschrikkende kleuren en reflectoren en vallen extra op door weerkaatsing van het zonlicht.
Ze zijn eenvoudig te monteren en worden geleverd met een stok welke stevig in de grond kan worden geplaatst
.

Tips voor een optimaal resultaat met de Hawk Eyes vogelverschrikker
- Hawk Eyes om de 20 tot 40 meter boven in de boom of in het veld.
- Afwisselend rode en gele Hawk Eyes.
- Als de vogels wegblijven voor de Hawk Eyes, doe de Hawk Eyes dan ook weg. Als de vogels weer terugkomen, zet dan de Hawk Eyes weer op hun plaats.
- Regelmatig verplaatsen, verwijderen en weer terug plaatsen verhoogt het resultaat.
- Hawk Eyes neerzetten op probleem hoeken in het perceel, waar de meeste schade wordt verwacht.
- Het is aan te bevelen om bij ernstige harde wind de vogelverschrikker tijdig veilig op te bergen.

Vanaf begin juni 2016 gebruik gemaakt van een zogenaamde 'Terror Hawk’
De ‘Terror Hawk’ is een prima product voor het weren, verschrikken en verjagen van: Kraaiachtigen, spreeuwen, merels en zangvogels uit de boomgaard als de vruchten rijp beginnen te worden.
De werking bestaat uit het laten bewegen van een vlieger in de vorm van een havik  door de wind. 1 vlieger verjaagd de vogels in een gebied van een oppervlakte van 0.75 ha. De vlieger beweegt, klimt en duikt als een echte valk. Gaat al automatisch vliegen bij een klein beetje wind.
Het verdient de aanbeveling om de vlieger regelmatig te verplaatsen en van vlieger te wisselen om gewenning te voorkomen. 1 pakket bestaat uit twee verschillende vliegers  en een glasfiberpaal van 7meter. Plaatst de paal onder een hoek van ongeveer 80 graden en met de wind mee. Als het lekker waait komt de havik ruim boven de fiberpaal uit en maakt wat geluid door het fladderen van de vleugels.
Afhankelijk van de weersomstandigheden is het belangrijk om de vlieger neer te halen als er harde wind en windvlagen voorspeld worden van boven de 4 bft (30 km/u) om schade te voorkomen.
Meer informatie zie ook www.vogelverschrikker.nl

Plaatsen van een pop als vogelverschrikker.
Vogels zijn slim en weten al snel dat ze van een vogelverschrikker alleen niet bang hoeven te zijn. Versier de vogelverschrikker met allerlei dingen die lawaai maken, zoals blikjes en metalen bordjes dan zullen de vogels toch liever ergens anders heengaan.

Aan een touwtje in de fruitboom hangen van stroken aluminiumfolie, glinsterend zilverpapier, oude cd’s of slingers behoren ook tot de mogelijkheden om vogels bij het rijpend fruit weg te houden.

Vorstschade
Om voldoende beschermd te zijn tegen vorst dienen fruitbomen winterhard te zijn. Dit krijgt de fruitboom voor elkaar om voor de winter af te harden.
Winterhardheid wordt niet alleen beïnvloed door temperatuur, maar ook door daglengte en door andere gewasspecifieke factoren, zoals het gehalte aan voedingsstoffen, het watergehalte in de plantencellen en het ruststadium van een boom. Het eerste hardheidsstadium wordt doorgaans ingezet door korte dagen en begint al in augustus; verdere afharding vindt plaats in de tweede hardheidsfase. Om deze tweede fase te laten starten zijn temperaturen onder nul nodig. Daarnaast speelt nog een onbekende factor een rol die gebonden is aan de late zomer en vroege herfst, die het afhardingsproces deels op gang brengt, onafhankelijk van daglengte of temperatuur.
Sterke groei en vooral lang doorgaande groei is ongunstig voor het afharden van een boom. Het kan zijn dat de stofwisseling dan niet tijdig wordt omgezet in afharding bij bomen die lang doorgroeien. Bomen die zwaar zijn bemest met stikstof, kunnen ook meer schade door vorst oplopen.

Door de al sterke zonnestraling overdag en de lage nachttemperaturen die erop volgen, kunnen in de stam en de dikkere takken van fruitbomen zulke sterke spanningen optreden dat ze scheuren. De sappen in de bast ontdooien en bevriezen mee waardoor veel bastcellen afsterven. De bast verdroogt en de opwaartse sapstroom raakt verstopt. Er ontstaan dan vorstspleten. Bij oudere bomen kan zelfs het houtweefsel openscheuren. Het meest gevoelig zijn jonge peren en appelbomen. Zon gespleten bast raakt langzamerhand los van het hout, droogt uit en krult naar binnen om. Dat betekent niet alleen dat de sapstromen ontregeld worden, er kunnen ook allerlei schimmels bij de boom binnendringen. Vaak kun je aan de bast al zien als er zoiets staat te gebeuren. De bast wordt op zon plek namelijk eerst lichtrood voor hij scheurt. Verse vorstspleten kun je het beste met binddraad stevig omwikkelen. Zet eventueel de bast langs de scheuren met kleine spijkertjes vast en dek de spleet luchtdicht met wondafdekmiddel af.

Groeischeuren of scheuren door de vorst kun je ook insmeren met as. Dat blokkeert namelijk de sapstroom. Wel enkele keren herhalen voor een goed resultaat.

Een eenmalige lentevorst van –3 tot –4°C gedurende enkele uren geeft meer schade dan een wintervorst van –15°C gedurende enkele dagen.

Om te voorkomen dat stammen van fruitbomen vorstschade oplopen kan je ze witten voor de periode van serieuze vorst. Door dat witten worden de zonnestralen weerkaatst waardoor de schors minder sterk opwarmt. Hierdoor verhinder je ook dat bij sommige soorten de sapstroom te snel op gang komt. Fruitbomen die snel uitlopen en botten vormen kunnen tijdens vorstperiodes schade oplopen. Witten doe je niet met verf maar met een mengsel van witkalk De beste periode om stammen te witten zijn de maanden in het vroege voorjaar. Indien men voor het eerst stammen wit, dan verwijdert men best vooraf de losse schorsdelen. Dit kan gebeuren door te borstelen met een stalen borstel, of door de losse schorsdeeltjes af te steken met een verfkrabber. Samenstelling witkalk 3 kg verse koemest of 0,5 kg gedroogde koemest met water mengen tot een dikke brei. Vervolgens mengt men hierin 1 kg leem of klei, met daarbij 5 kg zeewierkalk. Als laatste voegt men er antischimmelpap of een andere schimmeldoder als bordeauxse pap aan toe. Maak er een uitsmeerbare brei door er desnoods nog wat water aan toe te voegen. Eens klaargemaakt smeert u deze witkalk met een grove papborstel op de opgekuiste stammen. In het voorjaar druipt de pasta van de stam op de grond en nemen de wortels de voedende stoffen en de kalk op.

De laatste jaren wordt voor de meer praktische methode gekozen om de binding te vergroten. Dit is mogelijk door de witkalk op te lossen in witte latex. Alleen latex op de stam smeren is net zo gemakkelijk en net zo effectief als witkalk. Verdund met 50% water is de latex nog net zo effectief maar een stuk goedkoper.

Het plaatsen van een brede plank, of rietenmat, tegen de zuidkant van de stam is net zo doeltreffend maar veel simpeler.

Paksneeuw in de winter
Voor fruitbomen maakt de aanwezigheid van een sneeuwdek in de winter weinig uit. De sapstroom staat bij temperaturen onder het vriespunt nagenoeg stil. Hevige sneeuwval kan echter wel schade veroorzaken, vooral als het gaat om sneeuw die valt bij temperaturen rond of net iets onder het vriespunt.
De kristallen in de sneeuw kitten dan aaneen doordat ze kleine waterdruppeltjes bevatten. Sneeuwvlokken van 3 to 4 cm komen dan voor. Zij vormen een gemakkelijk aaneen plakkende laag. Deze plaksneeuw blijft kleven aan takken en twijgen en kan door het oplopende gewicht schade veroorzaken van eenzelfde soort als ijzel.
Soms breken takken af of treedt er stambreuk op. De sneeuw van de takken afschudden is de enige remedie.
Zoals op 25 november 2005, toen bereikte de sneeuwlaag een dikte van 20 tot 30 cm.

Vorst in de winter
We hopen altijd op een Hollandse winter met licht vriezend weer waardoor het zwellen van knoppen stopt en ze beter bestand zijn tegen nachtvorst. Zet een warme winter door dan zwellen de knoppen nog meer en krijgen we dan een strenge nachtvorst dan is het goed mogelijk dat het jaar erop weinig plukken wordt. Vooral bij kersen en peren kunnen de knoppen vroeg gaan zwellen. Normaal zijn de knoppen bestand tegen een temperatuur van -15 graden. Als het zwellen aanhoud kunnen ze al bevriezen bij -5 graden.

Snoei na een strenge vorst
Door de vorst kan er schade in de knoppen (knop overlangs doorsnijden) optreden. Als dat zo is kan je de snoei nog wat aanpassen door meer vruchthout te laten zitten. Bovendien gaan de knoppen losser zitten en daardoor kunnen zij bij de geringe aanraking eraf gestoten worden. Daarom is het van belang om na een strenge vorst de snoei zo snel mogelijk te hervatten zodat er tijdens de snoei niet te veel knoppen afvallen.

Vorst in de lente
Fruitbloesems zijn uitermate gevoelig voor vorstdagen in de lente en de eerste nachtvorstschade aan bloesem treedt op bij -2 graden of  kouder. Lentenachtvorst kan de geopende fruitbloesems beschadigen waardoor er een grote kans is op een misoogst. Niet-geopende bloesems verdragen iets meer vorst.
Vroegbloeiende fruitsoorten, zoals kers- pruimenbomen hebben meer kans op vorstschade dan de laatbloeiende fruitsoorten.
Perenbomen bloeien daarin tegen wel weer vroeger dan appelbomen en zijn daardoor ook gevoeliger voor bevriezen van de bloemen. Met aanhoudende winters weersomstandigheden, zoals in 2013, schuift de bloeiperiode naar achteren en verkleint daardoor het risico van nachtvorstschade in de bloeiperiode.
Appels in knop kunnen soms gemakkelijker bevriezen dan bij open bloemen. Gevoelige rassen zijn onder andere Jonagold en Goudreinette. Ook gesloten bloemen kunnen trouwens net zo goed bevriezen. Bij twijfel kun je de knop overlangs doorsnijden en kijken of je aan de basis bruinverkleuring ziet.

Een beschermingsmethode is het besproeien met water van de fruitbomen als er nachtvorst dreigt. Daarvoor kun je ’s avonds, als er nachtvorst dreigt, de sproeier licht aan zetten, het liefst op nevelen. Als de temperatuur onder nul duikt, bevriest het water op de benevelde knoppen, bloesem of vruchten. Het vormt een beschermend laagje, want de temperatuur blijft door het ijsjasje constant boven nul.
Dit komt doordat er stollingswarmte vrijkomt als water overgaat van vloeibare vorm naar vaste vorm wat bevriezing van de bloem voorkomt. Zolang er water aanwezig is dat warmte kan leveren blijft de temperatuur op circa 0 graden. Gedurende de nachtvorst dient dus continu water te worden aangevoerd.

De bodembedekking is van groot belang. Een kale grond neemt overdag meer warmte op en kan daarom ‘s nachts meer warmte afgeven waardoor er minder nachtvorst ontstaat. Daarnaast is het af te raden om vanaf drie weken voor de bloei de grond te bewerken. Hierdoor worden de grondcapilairen (nauwe kanaaltjes) verbroken en kan er geen warmte vanuit de ondersta lagen worden afgegeven.

De bodem onder bloeiende fruitbomen bevochtigen verkleint ook het risico op vorstschade. Een gesloten vochtige bodem geeft namelijk het meest warmte af. De waterdamp die dan uit de bevriezende grond opstijgt zet zich vast op het gewas en vormt zo een rijpafzetting de bloesems enigszins beschermd.

Hout stoken in een of meer tonnen tussen de bomen helpt ook, al dien je 's nachts een paar keer brandstof bij te vullen. Dat moet vooral in de vroege ochtenduren, want dan vriest het hardst.

Het jonge blad van de walnoot is ook gevoelig voor vorst, en zal na bevriezing afvallen. Hiertegen is weinig te doen.


Door vorstschade aan jonge vruchten kunnen zogenaamde vorstringen ontstaan. Dit is een kringvormige verruwing ter hoogte van de vruchtneus door schade aan huidcellen door late nachtvorst.
Jonge vruchtjes die nog recht opstaan kunnen last krijgen van ijskristallen rond de neus door uitstralingsvorst vanaf de grond. Vroege zonnestraling zorgt ervoor dat deze ijskristallen weer snel verdampen. Hierdoor wordt er extra warmte onttrokken van de vruchthuid waardoor er een extra temperatuurdaling optreed zodat de oppervlakkige cellen toch nog bevriezen en vervolgens verkurken met later de typische ringen tot gevolg.

Wondbehandeling
Leem
Leem is een meer dan 100 jaar oude wondbehandelingsmiddel. Als een grote wond aan de stam of tak nog vers is bevind er zich nog een cambium laagje op het hout. Dit soort verse wonden dienen dan ook zo snel mogelijk met een leemlaag ingepakt te worden om de vochtige cambiumlaag tegen uitdrogen te beschermen. De aangebrachte leemlaag kan met bijvoorbeeld een jutte zak of zijn plek gehouden worden. Deze behandeling zal niet werken van de late herfst tot de vroege lente omdat in deze periode de cambiumlaag weinig actief is.
Deze methode geeft een veel beter resultaat boven de gebruikelijk wondbalsem.

Voor het aanbrengen dient de leemgrond vochtig gemaakt worden zodat het kneden makkelijker gaat.
Optimaal is zuiver leem maar je kunt aan een mengsel van 2/3 deel leem ook 1/3 deel koeienvlaai toevoegen. De verse koeienvlaai is dan een goede bescherming tegen konijnenvraat.

Wondbalsem
Wondbalsem (Lac Balsam) wordt vaak toegepast in de winter omdat in deze periode de cambiumlaag weinig actief is. Om de kans op infecties drastisch te verkleinen worden de (snoei)wonden in deze periode dicht gesmeerd met wondbalsem of latexverf. Na de vroege herfst en in de zomer is er genoeg activiteit in de boom om de wonden door de boom zelf snel te dichten.
Zelf pas ik een wondbalsem alleen toe bij hogere uitzondering zoals bij een takbreuk of na het verwijderen van een schimmel of zwam infectie.

Het wordt aangeraden om snoeiwonden van walnootbomen goed af te dekken. Dit om te vermijden dat insecten, schimmels of bacteriën binnendringen via een open mergkanaal in het midden van de tak.



 
Adverteren

Bezoekers

We hebben 43 gasten online