Ingredienten:
Bestemd voor 4 personen.
300 g bloem,
200 g boter of margarine,
100 g basterdsuiker,
Wat zout,
1 ei,
1 kg niet te grote goudreinetten of andere zure appelen,
Suiker,
Kaneel

Bereidingswijze:
De bloem, de boter, de basterdsuiker, het zout en een gedeelte van het losgeklopte ei in een kom doen. De boter met twee messen in stukjes snijden en het geheel met een koele hand vlug tot een samenhangende bestoven tafel, plank of aanrecht uitrollen tot een lap van ongeveer 1/3 cm dikte.
Hieruit bal kneden.
Het deeg op een met bloem ronde plakken steken, de helft van de plakken ongeveer 7 1/2 cm middellijn, de andere helft iets groter.
De appelen boren, schillen en in schijven van ongeveer 2 cm snijden.
Deze door een mengsel van suiker en kaneel halen.
De kleinere plakken deeg op een beboterd bakblik leggen en de appelschijven erop.
Hierop de grotere plakken leggen en de randen iets aandrukken.
De bovenkant van de koeken met wat losgeklopt ei bestrijken.
Het bakblik midden in een warme oven plaatsen ( 150 graden).
De koeken gaar en lichtbruin bakken in 20 à 25 minuten.