Een van de meest bekende oude perenrassen werd al in de Middeleeuwen vermeld. Ze is al enkele honderden jaren bekend. De herkomst is onzeker, uit Frankrijk of Nederland. De juttepeer werd al in de middeleeuwen in geschriften vermeld waaronder: In 1435 worden twee jueteperen geleverd voor de boomgaard van de abdij van Averbode.
De boom groeit vrij snel en vormt op jeugdige leeftijd een brede kroon. Groeit op latere leeftijd tot zeer grote en hoge boom uit. Er vormen zich majestueuze piramidale kronen. Vormt een prachtige boom. Ze kunnen een leeftijd van ver boven de honderd bereiken. Er bestaan exemplaren waarvan de ouderdom op 150 jaar wordt geschat De opbrengst is laat, niet voor het 10e plantjaar, later enorme opbrengst, last van beurtjaren
De vruchten zijn vrij klein van stuk en stompkegelvormig. De schil is relatief dik en ruw, donkerbruin en ongeschikt voor consumptie. Na schillen vinden we een halfsmeltend peertje met een heel bijzondere, harmonieus zoetzure smaak. Het vlees is saprijk, fijn, en smeltend, doch in de nabijheid van het klokhuis met enige steenachtige korreltjes bezet De vrucht is zeer gewild en met goede cultuurzorgen zijn gave vruchten wel te telen. Deze oude peer heeft de laatste jaren weer meer belangstelling van den teler. De rijptijd valt in de tweede week van september. Aan het uiterlijk is dat niet te zien. September heeft zij veelal hare volkomen rijpheid bekomen, en kan tot het laatst van die maand als een zeer aangename tafelvrucht worden gebruikt. Kort voor boomrijpheid, is de vrucht windvast, daarna vruchtval, is moeilijk te plukken, hoge bomen, alleen boomrijp te transporteren; dient vanwege de beperkte houdbaarheid zo vlug mogelijk in de handel gebracht te worden. In regenachtige zomers veel last van scheuren, met sterke monilia-aandoening als gevolg..
Jutteperen laten zich nauwelijks bewaren. Een paar dagen, hooguit een week
De Jut is een bekend en vanwege zijn kwaliteit een zeer gewaardeerd oud perenras. Naast dit ras kwamen ook selecties van Jut voor namelijk Dubbele Jut en Koningsjut. De vrucht van de Dubbele Jut is, de naam zegt het al, ongeveer twee maal zo dik als de Jut. Toch vinden veel mensen het jammer dat deze peer verdwenen is. De kwaliteit van dit ras was namelijk zeer goed. De kleine vruchten die dit ras geeft zal één van de oorzaken zijn dat dit ras niet meer werd aangeplant. Andere nadelen van dit ras zijn: late vruchtbaarheid, beurtjaar gevoelig, last van scheurende vruchten en slechte bewaarbaarheid.
Herkomst |
Nederland of Frankrijk |
Ouderdom |
? |
Synoniemen |
Konings Jut, Jodenpeer, Ossenpeer |
Aanplant |
2008 |
Boom |
Groeit vrij snel en vormt op jeugdige leeftijd een brede kroon |
Gebruik |
Tafelpeer voor vers gebruik, compote en conserven op sap |
Bloeitijd |
April |
Bloem |
Wit |
Bestuiver |
Conference |
Plukrijp |
September |
Gebruikstijd |
Half September |
Bewaren |
Slecht houdbaar, in natuurlijke opslag ongeveer 7 dagen |
Vrucht |
Klein, regelmatig gevormd |
Kleur |
Donkergroen, |
Vruchtvlees |
Wit, saprijk, met zeer bijzonder aroma |
Kelk |
Groot, open, vlakke kelkholte |
Steel |
Vrij lang |
Klokhuis |
|
In verband met het nog niet plukrijp zijn van dit soort, zijn nog niet alle foto’s beschikbaar.
|